Werkgroep hoopt met ‘Nieuwjaarsbrand, 20 jaar later’ gemeenschap te inspireren

Terug naar het overzicht

Binnen het surrealisme dat al weken wordt gevoeld, refereerden meerdere mensen aan het tijdperk dat aanbrak toen Volendam plotseling internationaal breaking news was: de Nieuwjaarsbrand van 1 januari 2001. Lieke Sievers bekleedde destijds elders in het land een heel andere functie, maar als burgemeester van onze gemeente gebruikte zij sinds haar aanstelling haar voelsprieten om te pijlen hoe gedacht werd over als het straks twintig jaar geleden is. Een moment dat achterom kan worden gekeken, dat men stil kan staan bij wat de veerkracht zoal heeft gebracht. Al bijna twee jaar komt met regelmaat een werkgroep bijeen. Om te praten over al dan niet herdenken en zo ja, in welke vorm. Er wordt gesproken over openstelling van bar De Hemel, om betrokkenen van toen de mogelijkheid te bieden twee decennia later (nog eens) naar de plek te gaan, ter verwerking. Er staan sprekersavonden op stapel, er wordt gekeken naar hoe
de gebeurtenis een rol kan spelen in de educatie. ,,Dit proces is iets wat Nieuwjaarsbrand-overstijgend is”, zegt Linda Jonk, destijds getroffene, net als Kees de Boer. Zij zijn aangeschoven aan de tafel van de burgermoeder.

,,We hebben al weken een andere w e r k e l i j k h e i d . Juist nu, omdat er mensen zijn die een herbeleving hebben van die tijd, juist nu helpen verhalen van veerkracht, verhalen van vertrouwen in de mensheid en hoe je met elkaar sterk kunt zijn. Je wilt geen parallel trekken, maar ik hoorde in de eerste weken na de uitbraak van corona om me heen van Volendammers, dat dit groter is dan wat je je kunt bedenken: dat hadden zij als dorpelingen destijds ook. De machteloosheid, de onzekerheid, dat beklemmende gevoel”, weet burgemeester Sievers uit de verhalen die zij sinds haar aantreden aanhoorde. ,,Aan de hand van dit verhaal hoop je dat mensen elkaar weer gaan bevragen over dit onderwerp. In veel huizen en gezinnen heeft men het misschien heel lang niet gehad over de Nieuwjaarsbrand en de mogelijke nasleep. We hopen dat daar weer ruimte voor komt, door te vertellen over waar we mee bezig zijn.”

Linda, zelf leerkracht op een Amsterdamse basisschool: ,,Door deze coronaperiode ervaar je ook dat er een slag van dankbaarheid wordt gemaakt. Het kind mist de school, de grootouders of sociale contacten. Volwassenen gaan dingen, die vanzelfsprekend waren, meer waarderen. Ik merk enerzijds ook dat ik het fijn vind dat er een soort verstilling is. Anderzijds: ik ben echt een gevoelsmens en voel iemand minder goed aan via een beeldscherm. Het is wel zo: je leert jezelf beter kennen in deze periode, mits je er voor openstaat.”

‘In de gesprekken die ik had, merkte ik dat ‘het’ nog heel erg aan de oppervlakte lag’

Bij dat laatste raakt Linda direct de kern. Burgemeester Sievers knikt: ,,Linda en Kees en zoveel anderen zijn hier, zijn daar levende voorbeelden van. Van het – al dan niet gedwongen – aangaan van een innerlijke zoektocht.” Halverwege 2018 had Sievers haar eerste gesprekken met de vertegenwoordigers van de (Raad van Toezicht van de) BSNV en SSNV, de belangenverenigingen
die na 01-01-01 waren opgericht. ,,Ik had toen al eens een lange autorit gemaakt met Jaap Veerman (Corn), toen ik voor het werk in Petten moest zijn. Jaap, die naderhand ook tot onze werkgroep is toegetreden, vertelde toen zijn verhaal over die oudejaarsnacht, waarin zijn zoon kwam te overlijden, en hoe het daarna was gegaan. Naderhand sprak ik hier intern collega’s van de gemeente of mensen van de hulpverleningsdiensten, en ik merkte dat ‘het’ nog heel erg aan de oppervlakte lag.”

,,Ik wilde vervolgens kijken hoe het zat met de herbestemming van De Hemel en met de psychosociale nazorg, iets wat ook leefde bij Erik Tuijp (SSNV) en Jaap Schilder (BSNV). Vanuit de gesprekken ontstond steeds een bepaalde dynamiek en het leek me goed om na te denken over ‘twintig jaar na’. Dat vormt meestal een kantelpunt in de ontwikkeling, omdat er een nieuwe generatie is.” Ze kijkt Kees en Linda aan. ,,Jullie nemen zelf eigenaarschap van je bestaan en sommige van de getroffenen en betrokken van toen hebben inmiddels kinderen, terwijl zij destijds zelf kinderen waren.”

,,We hebben eerst gezocht naar het beeld: wat leeft er in de samenleving en kunnen we dat beetpakken? Vervolgens kwam een zoektocht naar betrokkenen die aan tafel wilden, en werd begonnen met thema’s aan te stippen en uit te werken.” Zelf voerde zij ondertussen veel meer gesprekken. Onder meer ook met ouders van destijds overleden jongeren.

Denk je dat ‘het’ er mag zijn? Dat er gepraat kan worden over wat men heeft doorgemaakt en misschien zelfs nu nog voelt?

,,Bij een enkeling is er nog het verdringen van en het verzet op wat er toen nog was, maar bij de meeste die er over willen of kunnen praten, merk ik dat het er ís en dat het heel erg vraagt om erkenning van wat er was. Erkenning van de leerervaring en de bewustzijnsverandering die zijn opgedaan en doorgemaakt.”

,,Er zitten enorme schakeringen in. Het gaat in de gesprekken met de werkgroep en hopelijk ook straks in het dorp om de moed en bereidheid om die verandering van tijdperk met elkaar zichtbaar te maken. En bespreekbaar te maken. Weet je wat ik ontwapenend vond: waar gemeenschappen onderling het heel moeilijk vinden om iets taal te geven, of een belangstellende vraag te stellen, dat als je van buiten komt en het goed voelt, dat het dan helemaal niet moeilijk blijkt te zijn om het er over te hebben. Maar dat vaak blijkt dat er een beeld in de eigen samenleving zit, dat het moeilijk is om het er over te hebben. En dat men, door het niet te doen, dat beeld alsmaar bevestigt. Er is niet alleen bereidheid, maar er heerst zelfs een schreeuwende behoefte om het er over te hebben. Als het maar vanuit respect en erkenning komt.”

Kees: ,,Er wordt wel eens gezegd: we moeten het niet te zwaar maken. Betekent het, dat je het snel moet vergeten en weer verder moet gaan. Of als je er samen over praat, maak je het dan te zwaar?”

‘Het was bijna klaar. Ik belandde in een hele diepe depressie’

Linda: ,,Ik denk dat het te maken heeft met dat iedereen in de gemeenschap het destijds zwaar heeft gehad, met wat er is gebeurd. En als je ziet dat iemand het er nu moeilijk mee heeft, dat dat iets triggert bij jezelf, wat het dan zwaar kan maken voor jezelf.”

,,Jullie hebben een zoektocht gehad”, weet burgemeester Sievers uit beider verhalen. ,,Sommigen hebben die misschien nog niet gehad, of hoeven er nooit aan. Maar mensen die er nu wel aan toe zijn, of merken dat ze zelf blokkeren in hun welzijn, doordat ze dat ene stuk nooit hebben mogen of kunnen aanraken van hun omgeving, die zou je de gelegenheid willen geven om er wel naar toe te gaan.” Kees: ,,Zo’n moment van twintig jaar later, dan mág er over gepraat worden. Of de behoefte er is, daar kom je maar op één manier achter. Door er zelf over te praten. Ik heb het zelf zeventien jaar lang weggestopt. Het was wel goed zo. Dat heeft verkeerd uitgepakt. Het is belangrijk om te voorkomen dat mensen zo ver wegzakken dan ik heb gedaan. Hopelijk bereiken we dat met onze verhalen.”

Hoe diep zakte je weg?

,,Het had niet veel dieper gekund. Het was bijna klaar. Ik belandde in een hele diepe depressie. Niets deed er meer toe voor mij. Dat is een bijzondere staat van zijn. Een soort van zombie was ik. Je gaat door, maar je leeft eigenlijk niet meer. Die periode is voor mijn ouders en toenmalige vriendin verschrikkelijk geweest. Zij leefden bij de dag. Maar daar was ik niet
mee bezig. Ik zat in mijn hoofd, continu. Gevuld met negatieve gedachten. Als ik nu terugkijk, vraag je je af hoe je zo diep kunt komen te zitten.”

,,Ik was er zelf van overtuigd dat ik de Nieuwjaarsbrand een plaats had gegeven. Diep van binnen wist ik van niet. Het kwam er uit doordat ik allerlei angsten begon te ontwikkelen. Bijvoorbeeld voor ziektes. Dat ontstond omdat ik het trauma niet goed had verwerkt. Daar was ik me niet bewust van. Ik praatte er zelf nooit over. Ik wilde mijn ouders niet belasten met extra zorg. Dat was mede de oorzaak dat het barstte.”

,,Ik slikte medicijnen en probeerde allerlei dingen, totdat spiritueel psycholoog Martien Janssen op mijn pad kwam. Ik leerde denken, gestoeld op de theorie dat je een schaduwkind en zonnekind in je hebt. En je volwassene-ik. Het schaduwkind heeft een negatief zelfbeeld. Als je een trauma niet goed verwekt, kan het schaduwkind de overhand krijgen en loop je tegen blokkades aan. Totdat je je bewust bent dat je niet verder komt. Ik ben aan mezelf gaan schrijven en met dat kind in gesprek gegaan, vanuit mijn volwassene-ik. Dat was voor mij een openbaring. Ik ontdekte dat die negatieve gedachten, dat ík dat niet was, maar het had wel de controle. Ik moest zorgen dat ikzelf weer achter het stuur kwam te zitten.”

Zo kwam het zonnekind in hem naar boven, met positieve overtuigingen. ,,Ik heb op mijn tocht veel begrip en ondersteuning van vrienden gekregen. Ik ben Kundalini Yoga gaan volgen bij Rob en Ingrid Gomersbach, heb de opleiding voor level 1 gevolgd en mag nu zelf op zaterdagochtend les geven in hun yogaschool.”

Kees sloot pas later aan bij de werkgroep ‘20 jaar later’. ,,En die maakte een bijzondere indruk op mij. De bereidheid en samenwerking is mooi. Die was er in het begin, vlak na de ramp, ook, maar toen wilde ik daar niet mee bezig zijn. Nu zit ik er anders in. Wil ik het in het gezicht kunnen aankijken wat er gebeurd is. Niet er van weglopen, maar er juist mee in
aanraking komen en kijken welk proces er nog meer achterligt.” ,,Er zitten mooie thema’s aan vast, zoals bijvoorbeeld de sprekersavonden.” Kees zal zelf ook het podium op gaan. ,,Zo hoop ik anderen te helpen. Het is voor mij een stuk verwerking en ik kan met mijn inzet wat teruggeven aan de BSNV, want die heeft ons ook veel gegeven.”

,,Veel mensen zitten met dezelfde dingen. Dezelfde angsten en gedachten. Je denkt dat je alleen staat. Maar dat is niet zo. Vaak denken mensen zelfs: mijn verhaal doet er niet toe. Dat zit hier ook in de cultuur ingebakken.” Burgemeester Sievers: ,,Maar door dat mechanisme van bang dat het te zwaar wordt voor een ander en het er dus maar niet over hebben, houd je in stand dat het is zoals het is. Dan is het goed dat iemand van buiten vragen stelt, niet oordeelt maar er naast gaat staan en het patroon zichtbaar maakt. Ik gun deze gemeenschap dat ze de veerkracht die er is, écht gaat waarderen. Niet alleen bij zichzelf maar ook bij elkaar.”

‘Ik wil er niet meer van weglopen, maar er mee in aanraking komen’

,,Het kan ook zijn dat jou een ander persoonlijk trauma is gebeurd, waardoor het onderliggende weer bovenkomt, omdat het onverwerkt is. Daarom denk ik, dat wat nu aan het ontstaan is, voor die mensen die er voor openstaan, kan helpen om te voorkomen dat het ooit alsnog tot een explosie komt.”

Linda Jonk luistert aandachtig. Ze was vijftien ten tijde van de Nieuwjaarsbrand en belandde voor een aantal weken in het ziekenhuis. ,,Ik heb me in het begin afzijdig gehouden van allerlei dingen rondom de getroffenen, ook van dingen die leuk waren. Als er iemand kwam optreden of als we op skivakantie mochten, dan waren er vast mensen die liever heen gingen dan ik. Eigenlijk vond ik mezelf vóór de Nieuwjaarsbrand al niet de moeite waard voor heel veel dingen. Dat heeft me op jongere leeftijd kwetsbaar gemaakt. Toen het trauma van de Nieuwjaarsbrand
er bovenop kwam, wist ik niet zo goed hoe ik daar mee moest dealen. Want als puber hang je soms heel erg je waarde af van wie je bent binnen een groep mensen, of je klas.”

‘Als puber hang je soms heel erg je waarde af van wie je bent binnen een groep mensen’

,,Je uiterlijk speelt ook een rol. Als dat allemaal wegvalt, wie ben je dan nog eigenlijk? Ik raakte al vrij snel in een diepe depressie en de medicijnen die ik kreeg, maakten het erger. Het vlakte me af, waardoor ik geen vreugde meer kon ervaren. Mijn gedachte namen een loop met me. Ik bevond me continu in dezelfde cirkel: wat heeft het leven mij nog te bieden en wat doe ik er nog toe?”

,,Ik voelde me niet gezien door bepaalde mensen in mijn omgeving. Daardoor voelde ik me niet waardig genoeg. Misschien ben ik daarom ook wel juf geworden. Ik heb in mijn eigen onderwijsperiode in dat opzicht veel gemist. Begrip, gezien worden, als kind.” ,,Na ‘de brand’ ben ik op mijn 22e aan de antidepressiva gegaan: ik zat al vijf jaar in depressie. Ik had
alles, een relatie, huis, auto, een baan in Amsterdam. Ik had mezelf steeds doelen gesteld, als ik die zou bereiken, dan zou ik gelukkig zijn, dan had ik alles. Maar ik was depressiever dan ooit. Toen heb ik gelukkig een van mijn vriendinnen gebeld, anders had ik hier nu niet meer gezeten…”

,,Ik had zoveel angststoornissen opgebouwd, ik moest aan de antidepressiva en vertrouwde op mijn psycholoog. Die heeft me ook geweldig geholpen, maar door die medicijnen werd ik suïcidaal. Die periode heeft mij geleerd wat voor mij wel en niet werkt. Wat voor mij niet werkt, is gedachten bestrijden met gedachten. Dat is wel vaak wat tijdens therapie wordt geleerd.”

,,Ik zeg mijn leerlingen vaak: als je voor het eerst gaat lopen, is dat nog op een geitenpaadje, het gras wordt een beetje platgedrukt. Pas als je heel vaak over die weg gaat, wordt het echt een verharde weg. Dat is dus iets wat je vaak moet doen. En wat heel veel moeite kost. Als jij in een depressie zit en je moet jezelf nieuwe gedachtenpatronen en gedragingen aanleren, dan vraagt dat zoveel energie, dat je eigenlijk die kracht niet altijd hebt, om dat op die manier te realiseren.”

,,Dus je hebt andere handvatten nodig, om te zorgen dat je er weer bovenop komt. Die zoektocht heeft voor mij zeven jaar geduurd en zo ben ik er achter gekomen wat de Linda-handleiding is. Voor mij is van belang dat ik met mensen contact maak, dat ik iets doe wat betekenisvol is, zoals mijn werk als leerkracht en dit, wat wij met deze werkgroep neerzetten.”

‘Soms dwaal ik weer te ver van mezelf af, dan pak ik de Lindahandleiding en keer ik naar binnen’

,,En zet mij in musea neer of laat me kunst zien, dan kom ik fluitend de deur uit. Dat heb ik moeten uitproberen en die zoektocht moet je zelf aangaan. Daarbij heeft het spirituele pad, zoals yoga en meditatie, mij ook geholpen. Ik heb geleerd de dingen van verschillende kanten te bekijken.”

Kees: ,,Mensen kunnen je ergens op wijzen – die begeleiding heb je nodig – maar je moet het vervolgens bij jezelf zien te vinden.” Linda: ,,Want, wanneer je eenmaal in die depressie zit, hoe vaak een ander ook zegt dat je goed genoeg bent en hij of zij van je houdt, dat zal dan nooit genoeg zijn in jouw ogen. Dat moet je zelf ervaren. Als je dingen doet die bij je passen en waar je je goed bij voelt, dan kun je jezelf voeden met het feit dat dat goed genoeg voor je is.”

,,En soms dwaal ik weer te ver van mezelf af, dan pak ik de handleiding er weer bij, keer ik naar binnen en weet ik dat ik keuzes moet maken voor mezelf en niet voor een ander. Het blijft een doorgaand proces.” Linda: ,,Je kunt daardoor ook beter naar iemand luisteren en kijken of je hem of haar kunt helpen bij het bewandelen van het pad.” Burgemeester Sievers: ,,De sleutel van het helen ligt bij jezelf. Sta je stil bij wat jou in je jeugd is gebeurd en wat doet de impact? De één verwerkt het en ontwikkelt zich, de ander ziet geen kans om het van binnen goed voor zichzelf te duiden en die gaat de andere kant, de schaduwkant, op.”

Linda: ,,Binnen de werkgroep geeft het sparren over ideeën een kick. Dit proces overstijgt de Nieuwjaarsbrand, het overstijgt alles. Het gaat om veerkracht en om vooruitkijken, andere mensen helpen door iets van jezelf te laten zien, je kwetsbaar op te stellen en jouw verhaal te durven delen. Dat is zo’n betekenisvolle taak. Hoe moe, down of druk ik voor een vergadering met de werkgroep ben, ik kom er altijd e n t h o u s i a s t , dankbaar en blij vandaan. Het zijn allemaal bijzondere verhalen, de mensen die daar zitten willen iets betekenen voor een
ander.

Er heerst saamhorigheid. Ik stond er destijds anders in dan mijn vriendinnen. Die waren nauwelijks verbrand, maar hebben het ook pittig gehad. Mijn weg duurde langer, maar ik heb jarenlang niet het gevoel gehad dat ik onderdeel was van de Nieuwjaarsbrand-samenleving: de club met mensen waar ik altijd tegenop keek. Gehavende en niet gehavende jongeren die gave dingen deden of wel naar buiten durfden te treden. Dat ik daar nu wél deel van uit mag maken, dat werkt absoluut helend voor mij.”

Hebben jullie ook al de gevoelstemperatuur gemeten bij jullie naasten en vrienden, hoe zij er in staan?

Kees: ,,Ze waren verrassend positief. Zelf heb je die stem in je achterhoofd. Moet ik dit wel doen, straks het podium op, mijn verhaal delen? Maar die twijfel hoort er gewoon bij. Dat is niet wat je zelf bent, dat is misschien de angst om naar voren te treden. Dat is wat ik geleerd heb.”

,,Ik heb het gevoel dat dit gewoon gebeuren moet. Als beginnend yogaleraar krijg je ook te horen: laat jezelf horen om andere mensen te helpen op de weg. Door jouw verhaal te vertellen.”
Linda: ,,Ik hoor ook positieve reacties. Zeker ook over de sprekersavonden. Omdat het een heel andere insteek is.”

,,Het gaat om vooruitkijken, dat is de kracht van die avonden. Maar zonder terug te kijken, kun je niet vooruitkijken. Het kantelpunt is: waar heb je je lessen opgepakt en wat heb je er mee gedaan? Je staat daar niet zomaar, je hebt een pad afgelegd.”